Mainmenu

Negentiende-eeuwse Atelierpraktijk

Mesdag, Hendrik Willem, 1916-01-13
Citaat
Archief
archief Albert C.A. Plasschaert
Vorm
brief
Begindatum
1916-01-13
Einddatum
1916-01-13
Opmerking datering
Mauritslaan 7, Den Haag
Trefwoord persoon
Mesdag, Hendrik Willem (kunstenaar)
Bakels, Reinier Sybrand (kunstenaar)
Plasschaert, Albert (artist) (kunstenaar)
Plasschaert, Albert Charles Auguste (art critic) (ontvanger/aangeschrevene)
Bakels, Reinier Sybrand (auteur/correspondent)
Aantal pagina´s
3
Taal
Nederlands (taal)
Citaat
[1:1] 13 Januari 1916 Mauritslaan 7. den Haag. Amice Het doet mij zooveel genoegen dat ge, bij de beoordeling van het werk van Mesdag 't alleen hebt over de innerlijke mérites van dat werk en 't onmogelijk gepraat over diens rijkdom, diens presidentschap van Pulchri, diens zuiverse stems en ongeneerdheid, diens kunstverzameling, nalaat. Zooals trouwens niet anders was te verwachten. Volkomen juist zegt ge dat zijn water de sterke kant niet is en ge laat gelukkig na om te spreken over zijn oneindigheid van horizon, zijn ruimte en zijn mouvement, waar de heele wereld 't altijd over heeft. Er is nu nog een andere vraag, die ikzelf wel lust zou hebben te behandelen en waartoe ik mij wel bevoegd zou rekenen en dat is deze: hoe is 't nu eigenlijk met zijn schepen gesteld, hun 1. vorm en 2. kleur. Maar men zegt mij, dat het niet kiesch van mij zou zijn en bovendien niet politiek Veroorloof mij, mijn indrukken mede te deelen, omdat ik herhaaldelijk bommen nauwkeurig heb bestudeerd Die geschilderde bommen nu, die soms de grootte hebben van twee vierkante voeten (zonder de maat) en waarop dus heel wat kan worden uitgedrukt missen de juiste 1. vormen en 2 kleuren, twee dingen die noodzakelijk samengaan, omdat, wanneer men de vormen van iets niet kent men ook de bij die vormen behoorende kleuren niet kent. Als men weet, hoe de gebogen planken bij het roer rondloopen, hoe weet men dan, op welke wijze het zeewater de kleuren invreet, en hoe de kleuren der naden zijn? Mesdag nu vertoont een verbluffende onkunde omtrent de vorm en constructie der schepen en dat hoewel hij modellen op zijn atelier had; ik kan mij die verregaande nonchalance niet begrijpen! [1:2] Zeer sterk misteekend is b.v. een bom voorkomende op een groote schilderij die hier hangt: (afb. 1) Hij teekent die bom aldus Zooals ik hem nu met inkt [onderlijnd] teeken (afb. 2). Alsof 't een spanen doos was. En zie nu eens inverband hiermee hoe de kleur is? Er is geen hout, geen verf, geen mooie kleuren (verweerde lila - grijze plank - tot dof bruin groen geworden ingevreten teer - de witte en zwarte geverfde banden langs den rand, het wit soms tot oranje geworden door roest - de matte inktkleur der zwaarden met hun soms frisch gekleurde koppen - het mat ingevreten zeegroen langs de waterlijn, hier en daar afgeschuurd tot het lila grijs der planken - het doffe rood, dat soms in de plaats komt van het groen - de beminnelijke halve maan van kleuren boven midden op voor en achtersteven van rood wit en blauw of diep geel - de geestige rosetten ter weerszijden daarvan) niets van dit alles. het is een papieren ding, met potlood ingesmeerd, dat glimt aan de bollen kant en waardoor de schuit er uitziet als een wang, waar een kind zijn tong achter uitsteekt zoodat hij een ongemotiveerde bobbel krijgt. De bom is, zooals ik hem met blauw teeken links daarvan nader aangeduid. Op den boeg voor-boven bevindt zich bovendien de figuur zooals ik boven met poltlood aanduid Hieromheen en hierop zijn dikwijls mooie kleuren te zien. Men zegt: dit kan hem niet schelen! Is dit een excuus of een argument? Als iemand de lucht schildert, kan het dan dat het hem niet kan schelen, hoe de vorm en de kleur der wolken is? Ik geloof eerder aan grofheid of machteloosheid [2:3] En dan de masten. Hij maakt de masten zeker 1 1/5 keer te lang Men zegt, dat hij dit deed om de schepen gracieuzer te doen zijn. Maar een bom is niet gracieus Zooals hij is, is hij prachtig, ook in de lengte van zijn mast. De mast is niet eens drie maal zoo hoog als de breedte van de schuit op 2/3 van de hoogte (A) [xxxxxxx[?] het bruine gedeelte, dat zich niet [onderlijnd] toespitst naar boven. Daarboven bevindt 't meestal wel gekleurde deel, dat zich van boven langzaam toespitst. Op de scheiding dier twee delen (A) bevinden zich een paar stevige houten, waarover heen dat rijwand is vastgemaakt en het dikke touw, waarlangs de fok wordt opgeheschen (B). Vergelijk dit nu eens svpl met de masten van Mesdag (afb. 3). Zie ook de soms overmatig lange wimpels. Deze zijn wel groot (mansgrootte) maar niet zóó! Gevolg: men krijgt 't geval, alsof het schip terstond topzwaar moet worden en omslaan kan dit ooit aan de schoonheid nuttig zijn? Door deze mistekeningen krijgt men soms den indruk, alsof het schip niet op 't water drijft, maar alsof 't op onlogische wijze aan den eenen kant wegzinkt, of in 't geheel niet rond is Vergeef mij indien ik je dingen meedeelde, die je reeds lang wist. Met hartelijke groeten ook aan Mevrouw steeds gaarne tt RSB [onderlijnd]
Trefwoord
kunstkritiek; tekenen; kunstenaarskritiek; schilderen; toon; grijs; zwart (kleur); compositie; techniek, beheersen van de

Reacties

Geen reacties

Mijn selecties

Mijn selecties

Uw huidige selectie zal gewist worden. Wilt u doorgaan?