Mainmenu

Bijzonder gezicht op het dorp Vierlingsbeek van Jan de Beijer duikt op in Parijs

Op 12 maart kwam bij het veilinghuis Millon in Parijs een onbekende tekening van een dorp aan een rivier onder de hamer. Op het RKD werd achterhaald wie de tekenaar is. Nader onderzoek bracht aan het licht welk (Brabants) dorp de kunstenaar in beeld bracht.


Klokkentoren

In de veilingcatalogus wordt de tekening omschreven als een Landschap met een klokkentoren in het verschiet (‘Paysage avec un clocher au loin’), vervaardigd door een anonieme Nederlandse kunstenaar. Gajus Scheltema, liefhebber van achttiende-eeuwse landschappen en vaste bezoeker van het RKD, wees ons op dit bijzondere blad in de Parijse veiling. Onze conservator Topografie Laurens Schoemaker schrijft de tekening toe aan Jan de Beijer (1703-1780), een van de belangrijkste topografische kunstenaars van de achttiende eeuw. Vervolgens wist Scheltema te achterhalen wát De Beijer tekende, te weten een gezicht over de Maas op het Brabantse dorp Vierlingsbeek. Aan de overzijde van de rivier zijn het nog bestaande veerhuis Beekerstaaij en de tijdens de Tweede Wereldoorlog verwoeste Laurentiuskerk te herkennen.

Jan de Beijer, Gezicht over de Maas op het dorp Vierlingsbeek, ca. 1750, veiling Parijs (Millon), 12 maart 2020, nr. 82.


Vierlingsbeek

De Beijer had een bijzondere band met Vierlingsbeek. Er zijn verscheidene tekeningen met gezichten op en in het dorp van hem bekend. Zo bezit het Victoria and Albert Museum in Londen een tekening van het interieur van de Laurentiuskerk van zijn hand. Op een 1748 gedateerde tekening in de collectie van Het Noordbrabants Museum in Den Bosch kijken we vanaf het zandpad bij het veerhuis Beekerstaaij – de huidige Staaiweg – over de Maas naar het Limburgse Bergen. De kunstenaarsbiograaf Jan van Gool schreef in 1751 over De Beijer: ‘Tans is hy woonachtig in het Dorp Vierlingsbeek; en des zomers altyt bezig om voor de Boekhandelaers en Kunstminnaeren te tekenen, welke Tekeningen hy dan des winters te Amsterdam brengt, zich van de aenbesteders wel laet betaelen, en dus altyt werk heeft, dat onder de Kunstkenners geacht en gewilt is; het geen in deze kunstquynende Eeu voor de levende Meesters een zeltzaem geluk is voor een Kunstenaer, en dat ik wensch hem in zynen verderen levensloop mag achtervolgen.’

Links: Jan de Beijer, Het veerhuis Beekerstaaij bij Vierlingsbeek, gedateerd 10 juni 1748, Het Noordbrabants Museum, Den Bosch
Rechts: Jan de Beijer, Interieur van de Laurentiuskerk, Vierlingsbeek, ca. 1750, Victoria and Albert Museum, Londen


Pruisische adelaar

Mogelijk heeft De Beijer de in Parijs geveilde tekening gemaakt terwijl hij wachtte op het veer dat hem van Bergen over de Maas naar Vierlingsbeek zou brengen. Een bijzonder detail is het bord waarop een adelaar is afgebeeld, geheel rechts op het blad. Tegenwoordig vormt de Maas hier de grens tussen de provincies Brabant en Limburg. In de tijd van De Beijer was dit echter de grens van het hertogdom Kleef, dat toen onder Pruisen viel. Op het grensbord staat een Pruisische adelaar.