ESNA Winter Seminar: de negentiende eeuw in aanwinsten 2020-2024
Op vrijdag 31 januari 2025 organiseert ESNA in samenwerking met het RKD – Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis het jaarlijkse ESNA Winter Seminar. Dit jaar staat het seminar in het teken van een kritische evaluatie en viering van de aankopen van negentiende-eeuwse kunst in Nederland en België in de afgelopen vijf jaar. De centrale vraag: wat vertellen deze aankopen ons over de prioriteiten en ambities van musea?
Een turbulente vijf jaar
De periode 2020-2024 was op zijn zachtst gezegd bewogen voor de museum- en erfgoedsector. Naast de coronapandemie, die leidde tot langdurige sluitingen en sterk teruglopende inkomsten, ontstond er ook een hernieuwde focus op maatschappelijke thema’s zoals diversiteit en duurzaamheid. Deze ontwikkelingen boden musea de kans om hun collecties en beleid te vernieuwen en daarmee hun maatschappelijke relevantie te vergroten. Toch hebben musea in deze uitdagende periode indrukwekkende resultaten geboekt. In Nederland werden meer dan 500 negentiende-eeuwse werken toegevoegd aan de Collectie Nederland. Dit succes was mogelijk dankzij creatieve financieringsstrategieën, de inzet van private verzamelaars en fondsen zoals de Vereniging Rembrandt, en intensieve samenwerkingen tussen instellingen.
De afgelopen jaren zijn ook gekenmerkt door belangrijke nieuwe prioriteiten. Inclusiviteit werd daarbij een belangrijke pijler, met een groeiende zichtbaarheid voor vrouwelijke kunstenaars zoals Suze Robertson en Thérèse Schwartze, evenals makers uit minderheidsgroepen die vaak over het hoofd werden gezien in de kunstgeschiedenis. Tegelijkertijd zagen we een toename van interesse in minder conventionele kunstvormen, zoals borduurlappen en objecten met een sociale geschiedenis.
Internationale verwervingen boden ook mogelijkheden om de collectie verder te verrijken. Aankopen van kunstenaars zoals Edouard Vuillard, Marie d'Orleans, Bertha Wegmann en Thomas Rowlandson laten zien dat er buiten de grenzen veel te ontdekken viel.
Wat vertellen de aankopen ons?
Terwijl gevestigde namen zoals Vincent van Gogh – waarvan maar liefst vier werken werden verworven – en Willem Roelofs – goed voor zo’n tien nieuwe werken – hun plek behouden, laten de acquisities ook een groeiende interesse zien in minder bekende kunstenaars en thematieken. Een opvallend voorbeeld is de hernieuwde aandacht voor Suze Robertson, van wie meerdere werken zijn aangekocht door verschillende instellingen. Deze groeiende interesse lijkt direct verband te houden met de overzichtstentoonstelling in Panorama Mesdag in 2022-2023, wat illustreert hoe tentoonstellingen de acquisitiestrategie van musea kunnen sturen.
Het Winter Seminar 2025 biedt een platform om deze ontwikkelingen te analyseren. Conservatoren presenteren vijf spraakmakende aankopen en bespreken hun belang binnen het bredere veld. Tijdens een afsluitend rondetafelgesprek reflecteren vakgenoten op vragen als:
- Hoe verhouden de aankopen zich tot bredere maatschappelijke en museale trends?
- Zijn de aankopen representatief voor een verrijkte en diverse negentiende eeuw?
- Welke thema’s en makers blijven onderbelicht, en hoe kunnen musea deze lacunes in de toekomst aanpakken?