Archief Chris Beekman
In december 2019 ontving het RKD het archief van de schilder Chris Beekman (1887-1964) als schenking van het Kröller-Müller Museum. Het belangrijke archief werd recent geïnventariseerd en bevat onder meer correspondentie met bijna 350 personen en instellingen, agenda's, foto's, publicaties, knipselboeken, een kleine groep grafisch werk en documentair materiaal.
De Stijl en sociaal realisme
Chris Beekman werd vooral bekend vanwege zijn betrokkenheid bij De Stijl. Nadat hij al vanaf 1917 een rol van betekenis speelde binnen de groep en bevriend was geraakt met Bart van der Leck, Peter Alma en Robert van 't Hoff, keerde hij zich in het najaar van 1919 van De Stijl af. De directe aanleiding van de breuk tussen Beekman en De Stijl was een conflict met Theo van Doesburg over de relatie tussen kunst en politiek. Beekman bleef tot circa 1922 abstract schilderen, maar zocht daarna zijn weg terug naar de figuratieve kunst. Hij kwam uit op een sociaal realisme waarin hij op een indringende manier het leven van de arbeider in beeld bracht. Hij bleef zijn leven lang politiek actief, en was lid van vakbonden en anarchistische en communistische bewegingen.
Bijzondere correspondentie
Het archief bevat correspondentie met onder anderen Robert van 't Hoff, Vilmos Huszár, Marc Chagall, Bart van der Leck en J.J.P. Oud. Van de brieven uit de periode 1918-1919 zijn de spanningen binnen De Stijl af te lezen. Verder is er een groot knipselalbum met tentoonstellingsrecensies vanaf 1915, en een verzameling agenda's met notities over ingekomen en verzonden brieven, zoals 'Verzonden brief aan Mondriaan over houding Doesburg' op 14 oktober 1919. Uit de jaren twintig vallen de omvangrijke briefwisselingen met boezemvriend Sam Goudsmit en mecenas H.P. Bremmer op. Met Goudsmit bestierde Beekman De Gastvertellers, een uitgeverijtje dat vermogende mensen ongevraagd brieven, boekjes en prenten stuurde in de hoop zo wat te verkopen. In 1925-1926 kwam ze dat op boze brieven van de burgemeester en een onderzoek van de lokale politie te staan. Ook de Duitstalige briefwisseling met Alfred Durus, secretaris van de 'Auslandskommission der Moskauer Vereinigung der Sowjetkünstler', is bijzonder. Beekman probeerde in 1936-1937 in Amsterdam een tentoonstelling met werk van schilders uit de Sovjet-Unie te organiseren, en moest daarvoor toestemming krijgen van de officiële instanties in Moskou.
Ondergebracht bij het RKD
Na het overlijden van Chris Beekman kwam het archief in het bezit van Ger Harmsen, Beekmans goede vriend en erfgenaam. In april 1998 werd het door hem beheerde archief samen met een verzameling schetsen en schilderijen overgedragen aan het Kröller-Müller Museum te Otterlo, dat reeds een belangrijke collectie van Beekmans vroege werk beheerde. In december 2019 werd het archief door het Kröller-Müller Museum aan het RKD geschonken. RKD-medewerker Laurens Kleine Deters, betrokken bij het Mondriaan Editieproject en Reference Lab - De Stijl, inventariseerde de ruim 2,5 meter aan archief en ontsloot de correspondentie op personen en instellingen, waardoor de rijkdom van het archief goed duidelijk wordt. De ingekomen brieven van Piet Mondriaan en Theo van Doesburg waren al bij het RKD aanwezig en zijn tijdens het inventariseren aan het archief toegevoegd.
Het archief van Chris Beekman wordt binnenkort in het kader van Metamorfoze, het nationaal programma voor het behoud van het papieren erfgoed, gedigitaliseerd. Juist dit voornemen van het RKD was een van de redenen voor het Kröller-Müller Museum om het archief over te willen dragen. De brieven van Mondriaan aan Beekman worden toegevoegd aan het door RKD en Huygens ING geleide Mondriaan Editieproject: de digitale, wetenschappelijke uitgave van de complete correspondentie en theoretische geschriften van Piet Mondriaan. Meer informatie op www.mondrianpapers.org.